Bezoek aan Koyasan II

Gepubliceerd op 29 april 2010
Daar was dan die facultatieve activiteit om 07.00. Dat was op zich nog niet zo erg, maar op 800 meter of 2400 feet, is het ook kouder, echt brrr. De activiteit was, hoe kan het anders in zo een heilige plaats, een ochtend dienst volgens oud Buddhistisch recept. Niet dat we het verschil kennen tussen modern en oud maar dit past meer bij de sfeer in deze Qom achtige omgeving. Het was prachtig weer. Dus vele lagen aan en naar het voorste deel van het tempelcomplex.
Met het bekend te veronderstellen monotone geprevel van de hoofd monnik en de nodige rituelen werd onze zondag begonnen. Daarna een uitstekend Japans ontbijt en vervolgens een rondleiding met een voor ons geregelde, ¥5000, gids. Ter zijde valt nog te vermelden dat het in deze sakura tijd, bloeiende bloesem, optimaal is om hier te toeven.
Sakura tijd de mooiste tijd voor bezoek
Sakura tijd de mooiste tijd voor bezoek
Zij nam ons mee naar de hoofdtempel van het Koyasan gebied, de Kongo- buji, Tempel van de Diamant berg, 金剛峰寺. De naam heeft betrekking op de hoofdtempel of het tempel complex of op de hele gemeenschap op deze berg, naar keuze. Zoals zo veel in het Japans moet dat uit de rest van de zin blijken.
Kongobu-ji
Kongobu-ji
De hoofdtempel is 60 meter van oost naar west en 70 meter van noord naar zuid en heeft prachtig met veel bladgoud gedecoreerde wanden in de verschillende vertrekken. Om reden van publiciteitsrechten (van wie? De oorspronkelijke auteur is al lang niet meer hier) of beschadiging door flitslicht ( maar ook zonder flitslicht mag het niet) is het nemen van foto’s in elk vertrek nadrukkelijk verboden, dus U zal zelf moeten gaan of op de officiële website kijken: http://www.koyasan.or.jp/english/kongobuji/sohonzan.html.
Kongobuji Centrale hal
Kongobuji Centrale hal
Kongobuji voorjaarswilg en sapuku historie
Kongobuji voorjaarswilg en sapuku historie
De uit 1593 daterende ingangspoort is indrukwekkend maar mag niet door gewone mensen zoals U en ik gebruikt worden, alleen de abbot en de Royal family. Ik heb er dan maar geen foto van bijgevoegd. Toch binnen gekomen in het complex loopt men tegen de centrale hal. Het goudwerk op de panelen hier is uit het eind van de 15e eeuw en steeds weer bij de herhaaldelijke branden, meestal door bliksem, tijdig in veiligheid gebracht. De pruimen kamer is zeer fraai en van iets latere datum. Vervolgens zijn er nog de wilgenkamer met op de vier wanden voorstellingen van wilgen bij de verschillende jaargetijden; deze kamer is vooral beladen doordat een bekende historische figuur Toyotomi Hidetsugu er met zijn vaste wakushu, jongelingen, al of niet in opleiding, mogelijk ook homoseksuele partners, er sapuku moest plegen nadat hij in ongenade gevallen was bij de lokale heerser.
Door lopend komt men dan bij een beroemde rotstuin, Banryu- tei,
Kongo Buji rotstuin Banryu- tei
Kongo Buji rotstuin Banryu- tei
beroemd omdat het de grootste rotstuin van Japan is met een oppervlakte van 2340 m², 140 granieten boulders van het eiland Shikoku welke een tweetal draken moeten vormen welke de innerlijke kennis, Okuden, zou moeten beschermen. Het witte zand van de tuin is uit Kyoto afkomstig. Het ziet er aardig uit, mooi is weer anders, maar misschien zijn we al zo veel Japanse tuinen gewend, ook buiten Japan en is de vormgeving niet meer zo verrassend.
Er is nog een verblijf voor officials met gouden schuifpanelen, let op de vijf strepen horizontaal lopend over de buitenwand als teken dat dit keizerlijke vertrekken zijn, en een bezienswaardige grote keuken met een enorme van Koya- maki boom hout gemaakte cistern. Een grote schoorsteen voert op klassieke wijze de rook af, zie foto
Kongo Buji Japanse schoorsteen
Kongo Buji Japanse schoorsteen
, het geheel is zeker het omrijden waard.
Na door de gewone mensen poort het complex weer verlaten te hebben gaan we rechts verder de straat af richting van de Shichi-do Garan, vaak afgekort tot Garan. De naam betekent dat het een complex is van zeven= shichi tempels= do die gezamenlijk het hart vormen van de ideaal gedachte vorm voor een Buddhistische tempel en dat daarbij plek is voor de monniken voor samenkomst en geloofsbeoefening. Dit complex, ook de DaiGaran , Dai= groot, genoemd ( de verschillende naamgevingen zodat het terug te vinden is in de verschillende gidsen) werd in 816 begonnen door Kobo Daishi als plaats voor meditatie ver van de wereldse afleiding. De centraal gelegen Kondo ( oorspronkelijk Kodo= auditorium) is fraai van vorm en vormt het hart van het esoterische Buddhistische klooster. Er tegenover een grote stupa (een gebouw om een relikwie heen gemaakt, later komt hier uit voort de pagode) passend bij de door Kūkai gedachte lay- out van het complex met twee stupa\'s er tegenover, volgens overlevering. De Kon-do is de plek waar Kūkai zijn eerste voordrachten hield. De grote stupa is de oostelijke, de westelijke is kleiner en staat schuin aan de andere kant. De vermelde oostelijke stupa is opvallend ( voor Japan) rood/ oranje, iets dat in andere landen, vooral China, meer wordt gezien en het staat schreeuwerig.
Konpon Daito
Konpon Daito
Ook dit gebouw is regelmatig, vijf keer, door brand verwoest en uiteindelijk in gewapend beton (ferroconcrete klinkt aardiger maar is net zo lelijk) gebouwd. Het bijzondere aan dit gebouw is dat het een mandala, een concentrisch diagram met spirituele en rituele betekenis, heeft ( men kent vermoedelijk de zand mandala welke met gekleurd zand gemaakt en na afloop met een ritueel gebaar weggevaagd worden). En wel het hele gebouw van binnen is een drie dimensionele mandala met grote vergulde standbeelden omgeven door de vier Buddha’s van de Kongokai met de zestien Great Bodhisattvas. Wie hier meer over wil weten verwijs ik graag naar
Konpon Daitos tulpa met drie dimensionele mandala
Konpon Daitos tulpa met drie dimensionele mandala
Mandala voorbeeld, vertikale
Mandala voorbeeld, vertikale
http://www.onmarkproductions.com/html/mandala-deities.html#16bodhisattva maar deze zestien zijn op zich weer essentieel in het Japanse Zen Buddhisme. Om te zien weer eens wat anders en zeker kleurrijk. Tevens staan in deze stupa nog twee grote houten bewaker-beelden uit de Edo periode die je zo vaak bij tempel ingangen ziet. Deze zijn bij de 1843 brand gered en zullen binnenkort, 2012, bij een te bouwen poort opnieuw hun diensten mogen bewijzen. Voorts kan men nog ronddwalen en aan het westelijk eind van het complex achter de Sanno hall waar de examendebatten van de monniken worden gehouden, een oude Shinto schrijn aantreffen die een functioneel restant is van de reeds aanwezige heilige functie van deze berg voordat de Shingon Buddhisten er hun activiteiten startten, hetgeen ook weer past bij de Japanse neiging tot fusion van hun cultu- religieuze leefwereld. Weer terugkerend richting dorp kan nog min of meer oude gebouwen bewonderen en vooral de sfeer inademen. Speciale vermelding verdient nog de Fudo- do, de hal special gewijd aan Fudo dat niet alleen het oudste nog bestaande gebouw is in Koyasan, 1198 en herbouwd in de eind Kamakura period (1185- 1333) met een fraai dak
Dai Garan Fudo Hall
Dai Garan Fudo Hall
qua helling en vorm. Fudō myōō is dan weer een van de dertien Buddha’s van Japan, kenmerken voor het Shingon Buddhisme, de \"Immovable Wisdom King\".
We keerden terug naar onze tempel voor de fluit en dans opvoering voor het gebouw temidden van het geroezemoes en verkeerslawaai van de dorpstraat wat zorgde voor een selectief luisteren en daardoor wel een aparte ervaring was, waarbij het ook opvalt hoe anders de eigen Japanse muziek is qua tonaliteit. De Japans- Zwitserse danseres gaf een ingetogen professionele vertoning te zien.
Fluit en dans 1
Fluit en dans 1
Fluit en dans 2
Fluit en dans 2
Dans in trance
Dans in trance
We dwaalden nog wat door het dorp met ook Shinto gerelateerde schrijnen
Shinto ook aanwezig
Shinto ook aanwezig
en over de begraafplaats om daarna met het bergbaantje en de treinen na drie en een half uur, door het niet precies aansluiten van het openbare vervoer, weer in Ashiya terug te keren.