Hawaii fall, turtles, sharks en surf.
Gepubliceerd op 9 februari 2012
Na dat nachtje in Hilo, in afwachting van reparatie van de versnellingsbak, ‘s ochtend om 11.00 al gefikst, werd Hilo zelf bezocht en de zgn farmers market bekeken. Een toeristische attractie, waar je tegen toeristen prijzen locale prullaria en landbouwproducten kan kopen.
Ja, wat moet je er van zeggen met de globalisering en al ons reizen zijn er niet veel verrassingen meer te zien op zo een markt en is het zeker niet de moeite waard om er voor om te rijden, wel is er vlakbij een fraai aangelegd park waar het plezierig toeven is, aan de rand van de Pacific.We zien af van het opnieuw nemen van rt 200, ook al heet het een highway, en besluiten de nauwelijks langere rt 19 naar het noorden te nemen; een fraaie, grotendeels langs de kust lopende tweebaans weg richting Spencer Beach Parc met zijn camping, onderweg in een prachtige regenwoud omgeving via een omweggetje naar de Akaka falls; twee keer zo hoog als de Niagara, maar 100 keer zo smal. Mooi gelegen, de moeite van het omrijden waard. Via Waimea, een bekoorlijk plaatsje, wordt de NE kust bereikt. Spencer Beach Camping betekent ook nu weer verblijven op de parkeerplaats, vlak naast het strand met goede snorkel gelegenheid en wat zeeschilpadden. In de Pelekane Bay ernaast is een aardig volle broed- en eetplaats van de levendbarende Black Tip Reef Sharks ( Carcharhinus melanopterus) waarvan soms een achttal rugvinnen in een blikveld te zien zijn; toch maar niet gaan duiken daar, ook al zijn ze schuw, het verstoord bovendien te veel. Het is op zich een der meest voorkomende haaien soorten. Tevens zijn er nog de gerestaureerde resten van een versterking uit 1790 op de kust zichtbaar. Pu’ukohola genaamd en min of meer opgedragen aan hun walvis god.
De volgende dag wordt de route nog vervolg, nu langs de vlakkere oostkust naar het zuiden, naar Punalu’u met zijn concentratie green sea turtles, de Chelonia mydas, groen vanwege de kleur van het vet dat onder het schild wordt gevonden en zich voedend als een herbivoor. Het is de grootste van de 7 soorten zeeschilpadden die er bestaan; er zijn twee families: de uit zes geslachten bestaande Cheloniidae: naast de reeds genoemde Chelonia mydas, groene zeeschilpad zijn er: de Platrugzeeschilpad ( Natator depressus), de Karetschilpad ( Eretmochelys imbricata), Onechte Karet schildpad ( Caretta caretta), Kemps schildpad ( Lepidochelys kempii) en de Warana ( Lepidochelys olivacea) en als andere familie de Dermochelyidae welke nog uit een geslacht bestaat namelijk de Lederschildpad ( Dermochelys coriacea). Deze laatste heeft geen benig schild maar zijn carapax= rugschild ( buikschild= plastron) bestaat uit huid en vet met als stevigheid de bij alle families en hun geslachten aanwezige ribbenkast. De verhoornde, uit β-keratine gemaakte ( β is harder en van een andere molecuulopbouw dan alpha-keratin) laag ontbreekt, wel wordt er in deze huidlaag zogenaamde osteodermen, hoornachtige insluitingen, aangetroffen.
Dat even als achtergrond van deze van het land naar zee teruggekeerde, 120 miljoen jaar geleden op basis van fossielresten, diersoort dat bij het zien onder water bij het duiken altijd zoveel plezier geeft door hun lodderige met alle stromingen meebewegende gedrag; rustig eten zoekend.
We gingen naar dit prachtige zwarte lava strand vanwege zijn schildpadden populatie, welke tegen de avond op het strand zou komen uitrusten, maar al snorkelend de hele dag te zien was. Dat was zeker waar; ondanks de rumoerige , ondiepe, met lava stoppels en koralen bezaaide zee waren er per gezichtsveld drie tot vier exemplaren te zien.
Tegen de avond was er naar keuze schildpad of de invallende duisternis benutten om het Halema’uma krater lava meer te zien gloeien, op een uurtje afstand in het Volcanic National Parc, de foto’s spreken voor zich. Bij terugkomst waren er bij het licht van schijnwerpers nog schildpadden te zien, maar ja dat was de volgende ochtend ook nog zo daar zij vermoedelijk ook vakantie hadden opgenomen en uitsliepen .
Lekker gezwommen en rustig via het vulkaanpark aan rt 11 terug naar verhuur en vliegtuig voor O’ahu.
Op O’ahu werd ik opgehaald door de reeds eerder genoemde Bill Foran, kennis van ons uit Kobe die ook een huis heeft in Hawaii. Daarmee de volgende dag het eiland bekeken en vooral de noordkust met zijn geweldige surf en stranden en bij Sunset Beach, het beroemde, prachtige surf- foto’s gemaakt.