Rondreis deel 3; Hagi--> Miyajima/ Kurashiki
Gepubliceerd op 27 april 2011
Toen werden we in Hagi wakker. Deze keer in een hotel in plaats van de langzamerhande vertrouwde ryokan, maar wel met een groot bad waarvan we relaxed gebruik maakten.

Het stadje Hagi heeft het in het verre verleden, 1608 tot 1858, zelfs tot hoofdstad van het Choshu domein gebracht, in plaats van Hiroshima. Een domein is dan al het land behorend bij een landhuis van een heer wat onder zijn eigen beheer valt en kan zeer omvangrijk zijn, zoals in Hagi het geval was.
Het Choshu domein, ook wel Hagi domein genoemd, had een tijd de zelfde grootte als de hele huidige Yamaguchi prefectuur en vertegenwoordigde een waarde van 1.200.000 koku. Een koku is dan weer een Japanse maat voor volume en betekende oorspronkelijk de hoeveelheid rijst nodig om een persoon een jaar te voeden en komt dan overeen met ongeveer 150 kilo { rijst voor een persoon voor een dag wordt weergegeven met masu}. Later wordt koku ook gebruikt om de grote van de oogst en daarmee samenhangende rijkdom van een gebied aan te geven. Boven het miljoen koku is dan zeer voorpsoedig.
Hagi bleek een broedplaats voor anders denkenden, misschien wel vrijdenkenden. Vooraanstaande bewoners en dan vooral de Choshu gerelateerden, speelden een belangrijke rol in het midden van de 19e eeuw bij het beëindigen van het zeer lang geheerst hebbende Tokugawa shogunate. Zij waren uit op een herstel van de macht van de keizer, mogelijk zelfs meer nog de modernisering van de Japanse samenleving, begin van de Meij periode, door samen met het Satsuma domein een goed geoutilleerde, moderne krijgsmacht op de been te brengen tegen de op oude leest geschoeide vechters van de shogun. Er was een vrije lange worsteling, zowel op het slagveld als schakend om de macht om uiteindelijk het Tokugawa shogunate afstand te laten doen van die overheersende xenophobe leidende positie en andere instituties naar Europees model de bestuurlijke verantwoordelijkheid te laten krijgen.
Hagi was de geboorteplaats van de zogenoemde “Choshu vijf” 長州五傑 Chōshū Gokets, leden van de Choshu clan die in 1863 verkleed als Engelse zeelieden aan boord gingen om ondanks het verbod van de sakoku= locked country ( 1633- 1868) politiek om op straffe van de dood Japan illegaal te verlaten en terug kwamen om een zeer belangrijke rol te spelen bij de modernisering van Japan in de Meiji periode: Hirobumi Ito - the first Prime Minister of Japan; Kaoru Inoue - Minster for Foreign Affairs; Yozo Yamao - prominent engineer; Kinsuke Endo - the first head of the National Mint en, al in het vorige verhaal genoemd, Masaru Inoue - known as the "Father of the Japanese Railways".
Het is een redelijk goed geconserveerde plaats, met name door het missen van de na- oorlogse boom met zijn destructieve betonmaffia. Veel fraaie woningen van de vroegere samurai elite en vermogende kooplieden in het Horiuchi gebied en het ernaast gelegen Jokamachi zijn hier wel bewaard gebleven. Er was tevens een bijzonder kasteel, bijzonder omdat het uit een laag deel en een later toegevoegd tegen een berghelling liggend torendeel bestond. Dat kasteel is echter niet meer te zien daar het, op de buitenmuren na,in het begin van de Meij periode in het kader van de Castle Abolation wet in 1874 grotendeels vernietigd is want men vond die oude feodale kastelen maar onzin. In de directe omgeving treft men wel een aantal ceramiek bedrijven, ovens en winkels, die het beroemde Hagi- Yaki maken, aan. Deze ceramiek heeft als kenmerk een roze- oranje kleur met een doorzichtig witte glazuur, gemaakt met veldspaat en as, en zou met twee Koreaanse pottenbakkers in 1604 naar Hagi gekomen zijn.

De twee zusjes met partners gaan nu genieten van de rust en het wonderschoen zicht van en op Miyajima , met zijn Tori in zee en leuke tempels, zie verhaal 95, en wij vervolgen onze weg naar Kurashiki, verhaal 85, waar we in het oude centrum, in goede staat gerestaureerd, in het Ivy League hotel verblijven en de volgende dag onder andere het Ohara museum, Ohara Magoshaburo een textielbaron, met zeer veel hoog gewaardeerde Japanse en Europese kunst. Helaas ontbreekt het ook hier op talloze plaatsen aan adequate toelichting in een andere taal dan het Japans.