Zeilen deel III, einde: Bali

Gepubliceerd op 25 november 2005
Allereerst aanvullende informatie over de in deel I genoemde en uitgebreid geziene Varanen op het eiland Rinca, die voorwereldlijke monsters die bezig waren een rund te elimineren cq verorberen. De ranger vertelde hoe deze beesten een dodelijke beet hadden en baseerde die dodelijkheid op het feit dat er een snelle infectie zou ontstaan door de bacteriën in het slijm. Welke bacteriën dat waren kon hij niet vertellen. Het beeld dat de gebeten beesten toonden was er een van zeer snel ontstane lethargie, zonder heel duidelijke verlammingsverschijnselen. Dit zou al binnen enkele uren tot een halve dag na een beet ontstaan.
Een niet helemaal geloofwaardig verhaal leek mij wanneer je dit toeschrijft aan een infectieuze reactie. Tenzij er een heel snelle zgn. bloedvergiftiging zou ontstaan waarbij bacteriën direct in de bloedbaan komen ( en dat is niet als standaard plek te verwachten) en zich razendsnel vermenigvuldigen of er sprake zou zijn van een gestoorde afweer, anders heeft een infectie vaak toch meer tijd nodig. Maar ja gif was nooit ontdekt bij analyse van gebeten slachtoffers. Wel aan: de NRC kon naar aanleiding van een artikel in Nature vermelden dat ook aan deze onzekerheid een eind is gekomen. Australische onderzoekers van de Universiteit van Melbourne kunnen het volgende bewijzen: “ook varanen en leguanen blijken gifklieren te hebben. De symptomen van gemene beten van deze hagedisachtigen zijn vooral een gevolg van de werking van het gif en niet van bacteriële infecties, zoals altijd werd gedacht. De auteurs baseren hun conclusie op onderzoek van genetisch materiaal in het speeksel van deze dieren. Ze hebben negen typen gif gevonden die zowel voorkomen bij slangen als bij hagedissen. Slangen en hagedisachtigen vormen samen een orde (Squamata) van de klasse reptielen. Tot nu toe gingen wetenschappers ervan uit dat korsthagedissen (Helodermatidae) naast slangen in deze orde de enige (nog levende) gifproducerende soorten waren. Gif in het speeksel van varanen en leguanen is niet eerder aangetoond, maar Bryan Fry, één van de auteurs van het onderzoek had er wel aanwijzingen voor. Bij het Australian Venom Research Institute verleende hij in het verleden assistentie bij drie beten van varaanachtigen waaronder de Komodovaraan. Alle beten resulteerden in een snelle zwelling (binnen enkele minuten), duizeligheid, verminderde bloedstolling en een stekende pijn die vanuit de getroffen hand doortrok tot aan de elleboog. Deze symptomen passen bij de werking van gif en niet bij een bacteriële infectie. De vergelijkbare giffen betekenen dat slangen en hagedissen nauwere verwanten zijn dan gedacht. Ze delen volgens de onderzoekers een gemeenschappelijke voorouder met gifklieren”. Dan weet U dat tenminste ook weer en kunt U verder rustig slapen want in Holland komen nauwelijks varanen voor.

Verder moet ik helaas vertellen dat de uiterst attente Air Paradise met zijn vriendelijke Balinese stewardessen de strijd om voort te bestaan in deze wereld, die steeds meer door angst lijkt te worden geregeerd, heeft moeten opgeven; 37- 50% terugloop in passagiersaantallen is te veel van het goede.
Voorts is er, in ieder geval in Australië op de radio, een actie aan de gang om de krankzinnige maatregelen die bij het op “gevaarlijke cq dodelijk wapen” bezit screenen van passagiers worden genomen ter discussie te stellen. Geen nagelvijltjes, geen mini zakmesjes, geen miniatuur schaartjes, geen spuitbussen ( want met een aansteker kan je de spray gebruiken om een bom te maken), maar wel veiligheidspassen die op grote schaal verloren raken en restaurants achter de screening waar je glazen krijgt en ook messen is toch minder zekerheid en meer ridiculiteit veroorzakend dan men verwachte. Al moet ieder mens op zijn, houten, klompen ( ook een dodelijk wapen??) kunnen aanvoelen dat deze vorm van screening nu niet echt overtuigend overkomt in het kader van terreurbestrijding. Ik ben benieuwd wanneer deze schijn beveiliging vervangen wordt.

3 november: Intussen zeilen en varen we verder; de nacht wordt gebruikt om naar Ende te varen. Ende op Flores, de havenstad omgeven door vulkanen vermeldt de reisgids.
06.00 Breakfast, 06.45 wet landing Ende harbour en in de bus naar Kalimutu, een reis van 2-3 uur heen en later terug. Het einde van de ramadan en veel mooi geklede mensen met grote aantallen op brommertjes op weg naar wat voor feestelijkheden dan ook.
Die brommertjes zijn trouwens het nationale vervoermiddel op deze eilanden; nauwelijks fietsen, weinig voetgangers, beperkt aantal auto’s maar honderden brommertjes van lokale en vooral Japanse makelei.
Het is een tocht over een redelijke weg met overal volop groen, groen van de rijstvelden, de palmbomen, oa. de Lontarpalm en kapok bomen.
Deze lontarpalm is trouwens, zeker op Savu, een heel belangrijk soort boom door de buitengewoon uitgebreide schaal waarop hij te gebruiken blijkt. Allereerst kan het sap worden afgetapt en gebruikt worden om te drinken, speciaal handig in tijden van droogte; dit sap, Tuak genaamd, is zeer voedzaam door zijn suikergehalte en wordt verkregen door ter plekke van de vrucht deze af te snijden en de Lontarbladeren te gebruiken als opvangbak. In een seizoen van 5 maanden geeft zo een palm, vanaf zijn 15 e jaar 500- 700 liter sap. De stammen worden gebruikt als sterke balken, de afgevallen grote bladeren kan je verbranden tot kunstmest, en de nog intacte bladeren als regenscherm of als wand voor je huis. Ook als kleding deed het in vroegere tijden dienst en heden ten dage worden de doden onder een mat van lontarbladeren begraven.
Verder touw, muziekinstrumenten etc etc.
De kapok bomen hebben hun wereldwijde nut wat overleefd maar zijn wel bijzonder om te zien met hun kant en klare plukken kapok.

Waarom gingen we nu eigenlijk op zo een warm, tropisch eiland in een wat oude, van matige kwaliteit airco voorziene, bus zitten? De vulkaankratermeren. Vanuit de lucht is het fantastisch om te zien, maar ook via de weg: De Gunung= vulkaan Kelimutu met zijn drie kleuren meren. Drie krater meren naast elkaar gelegen met onderling verschillende, maar ook nog in de loop van de tijd variërende, kleuren. Cola achtig, gifgroen, blauwgroen. Oorzaak van de kleurenvariatie, zegt men, zijn verschillen in de mineraalafzettingen op de wanden van de kraters, die op hun beurt weer in het water oplossen ( het zou me niet verbazen wanneer hier, net als in Afrika, bacterie- en algen populaties ook nog een rol blijken te spelen, we zullen het die Aussies van de Varanen eens vragen, houdt Nature en NRC maar in de gaten). Variatie in gehalte zorgt voor variatie in aspect. Prachtig, de reis meer dan waard. Mooie foto’s.
Na een lange afdaling halverwege gestopt om te voet een kortere weg steil de heuvel af te volgen en via allerlei kleine nederzettingen tussen velden door naar een paradijselijke waterval te lopen. Niet goed voor de knieën maar een beetje lijden en afzien van tijd tot tijd houd de geest jong. Aldaar ……rijsttafel, door de bemanning mee genomen! Wat een leven.
16.00 back on ship. Anker op en verplaatsen naar zwemplek, zwemmen zonder snorkellandschap ( deze zeeën zijn snel te diep en hebben vlak onder de kust nauwelijks mooie plekken met riffen of koralen. Dat was de eerste dagen wel zo. Vervolgens anker op en naar Lamalera op het eiland Lembata. Een van de, samen met het dorpje Lamakera op het nabijgelegen eiland Solor, twee traditionele walvisvaarders dorpjes. Nog steeds met speciale toestemming wordt er vooral op de potvis, de grote getande walvis, de Physeter catodon, uit Moby Dick gevaren, waarbij er 15- 20 per jaar ( variatie 9- 60) door zo een dorp gevangen worden met een aantal boten. Deze ikan paus= pausvis wordt helemaal gebruikt en worden tot 15 meter lang. Het is de bedoeling en de hoop dat we hier potvissen zullen zien; verder wordt er gejaagd op de 15 meter lange, weinig intelligente walvishaai en andere grote vissen, maar niet de Sibaldus musculus, de blauwe vinvis, die is een totem van een van de clans.
We komen aan land op enige afstand van het plaatsje omdat het strand bij het dorpje te steil is om zonder natte voeten en benen te kunnen uitstappen. Dit betekent een lange fraaie wandeling langs de kust over enige hoogtes naar de plek waar de huisjes in een dichtere concentratie staan en we worden ontvangen met uitgebreide feestelijkheden.
Juist vandaag is er een reconciliationbijeenkomst met een aantal mensen van een familie uit een ander dorp die in vroegere generaties door een conflict, zo een 120 jaar geleden, moesten vertrekken. En passant werd vermeld dat ze dat in 1970 ook al een keer hadden geopperd maar toen was het nog te vroeg geweest. Of men nog precies wist waar het conflict over ging was niet helemaal duidelijk in ieder geval was het hele dorp uitgelopen en konden wij oa een walvisvangst dans zien. Uit geloofsoverwegingen mocht dat niet gefilmd of gefotografeerd worden maar dat bleek afkoopbaar, hetgeen we om principiële redenen weigerden.
We hebben geen walvissen gezien, wel bot resten in de zin van grote wervels en kaken.
Walvisbeenderen
Walvisbeenderen
. Het was een redelijk welvarend dorp met fraaie tuintjes bij de huizen, al of niet met graf in de voortuin.
http://www.makeni.net/Insight/whale_hunters.wmv.asx
Langs Adonara island. Prachtige vulkanen.
18.00 vertrek naar Maumere, ETA 06.00.
08.30 vertrek per F28 van Pelita Air naar Bali via tussenlanding te Waingapu van de Livestock boat op Sumba, daarna verder naar Denpassar. Vandaar met reisleider Frans in zijn auto naar Ubut en wel hotel Amanda, prachtig tussen rijstvelden. Moe, na wandeling en lunch bij Indus.